Doelstellingen

Beeldvorming van de beelddenker, hoe herken je een beelddenker?

Algemene principes van het beelddenken, concrete voorbeelden uit eigen ervaring.

Inhoud

1 op 20 van de mensen denkt in beelden, dat betekent gemiddeld 1 leerling per klas. Hoe kun je de beelddenkers herkennen? Hoe kun je ze helpen om zichzelf te redden in de talige wereld?

Beelddenken is geen leerstoornis. Het is een andere manier van leven, denken en informatie verwerken. Beelddenkers gebruiken hun rechterhersenhelft het meest en daarmee zijn ze in de minderheid. Het onderwijs (en de hele maatschappij) is vooral talig (linkerhersenhelft) georganiseerd.

Beelddenkers zijn visueel ingesteld, zintuiglijk-sensitief, ongestructureerd, hebben wisselvallige resultaten, kunnen zich moeilijk lang concentreren op auditieve instructies, hebben moeite met automatiseren, spelling, lezen, schoonschrift... In België krijgen ze vaak labels als dyslexie, autisme, hoogsensitiviteit, concentratiestoornis toegekend. Ze voelen zich 'anders' en worden ook door anderen (o.a. leerkrachten) vaak zo bestempeld.

Terwijl in Nederland beelddenkers al in het lager onderwijs aangeleerd worden om op een visuele manier de basisleerstof te verwerken, is in België het fenomeen (nog) onbekend en lopen beelddenkers vaak (later) vast, hoewel ze normaal tot hoog begaafd zijn.

Methodiek

Theoretische achtergrond en praktijkvoorbeelden uit het lager onderwijs, met algemene principes die doorgetrokken kunnen worden voor het secundair onderwijs.

Beginsituatie

/